“Zonder suiker”, “suikervrij”, “suikerarm”,… Als je op zoek bent naar het suikergehalte van paardenvoer dan kun je duizelig worden van alle termen die gebruikt worden. Maar hoe zit het nou echt? Wat is suiker eigenlijk, wanneer is het gevaarlijk voor je paard, hoe traceer je het, welke soorten suiker gebruiken wij in ons voer en is paardenvoer zonder suiker überhaupt mogelijk?

Er zijn dus allerlei verschillende soorten suiker - de complexe suikers zijn zoals eerder gezegd te vinden in granen en dus ook in sommige van ons paardenvoer. Is paardenvoer zonder suiker dus helemaal niet mogelijk? Strikt genomen niet nee, maar we hebben wel een groot aanbod van producten zonder toegevoegde suikers. Graangewassen zoals haver, gerst en tarwe, die we soms aan paarden voeren, zijn de zaden van de plant en bevatten veel zetmeel. Rauw zetmeel is niet erg verteerbaar (denk aan het kauwen op een rauwe aardappel), dus worden de zaden vaak behandeld om de verteerbaarheid te verbeteren. Omdat zetmeel in de voormaag wordt gemetaboliseerd, kunnen hoge hoeveelheden in het dieet verstoringen veroorzaken. Voor een gezond paard moet zetmeel onder de 1 gram per kg lichaamsgewicht per maaltijd blijven.

Structurele koolhydraten, oftewel cellulose (vezels), zijn de meest voorkomende koolhydraten ter wereld. Net als zetmeel is cellulose opgebouwd uit glucose, maar de bindingen tussen de glucosemoleculen zijn anders. Deze bindingen maken cellulose onverteerbaar voor mensen, maar paarden hebben specifieke bacteriën in hun darmen die deze bindingen kunnen afbreken en energie uit cellulose kunnen vrijmaken. Hoewel het wat tijd kost, doen deze bacteriën dit zeer effectief, zodat je paard genoeg energie krijgt.